De Consumentenbond is een bodemprocedure gestart tegen Philips, omdat het bedrijf jarenlang prijsafspraken maakte over de prijzen van televisies en computerschermen. Met de zaak wil de consumentenorganisatie ervoor zorgen dat gedupeerde klanten worden vergoed.

Philips kreeg in 2012 een boete van 509 miljoen euro voor het maken van de prijsafspraken. Tussen 1996 en 2006 zou het elektronicabedrijf samen met onder andere Samsung, Toshiba en LG hebben vastgelegd wat een monitor of televisie moest kosten.

Volgens de Consumentenbond zijn gedupeerde klanten sindsdien nooit gecompenseerd. De organisatie had geprobeerd intern met Philips een overeenkomst te bereiken, maar nu dat gefaald is worden er juridische stappen gezet.

Bij de zaak wordt gestreefd naar een vergoeding op basis van wat je hebt betaald voor een televisie of beeldscherm. De Consumentenbond stelt dat klanten gemiddeld 10 procent te veel hebben betaald, en dat dit percentage vergoed moet worden. Bij een monitor van 250 euro zou dan 25 euro uitgekeerd worden.

De Consumentenbond wil dat Philips aansprakelijk wordt gesteld voor de volledige schade die de prijsafspraken hebben veroorzaakt. Op het moment kan geen schadevergoeding worden geëist, omdat het voorval plaatsvond voordat de wet van kracht ging die verplicht dat klanten worden gecompenseerd.